Een jong kind staat met al zijn zintuigen open tegenover de buitenwereld. Een kind identificeert zich met zijn omgeving, bootst datgene wat rond hem te zien is na. Het leert uit de omgeving.
- De omgeving waarin hij leeft is zeer belangrijk: een warme, omhullende sfeer met mooie materialen.
- De mensen rondom hem die liefde en warmte geven
Wij zijn geen anti-autoritaire school: als kinderen weten wat kan en wat niet kan, voelen ze zich zeker en veilig.
Het DOEN van de volwassene is belangrijker dan het ZEGGEN en uitleggen.
In de peuter en kleuterklas wordt er weinig gezegd en uitgelegd, wel wordt er veel gedaan. We spreken de kinderen zoveel mogelijk vanuit de beweging aan door veel te doen: spelen, huishoudelijk werk, bewegingsspelen, …
Een jong kind is één en al beweging.
Intellectuele spelletjes en uitleg die het verstand aanspreken zijn vaak te hoog gegrepen.
We zeggen wel: ‘dit doen wij niet’ of ‘zo doen wij dat’ maar heel de uitleg erachter, is voor een jong kind vaak nog te moeilijk.
Huishoudelijk werk
Zowel in de peuter- als in de kleuterklas leggen we de nadruk op huishoudelijk werk bv. brood bakken en smeren, tafel dekken en afruimen, afwassen en afdrogen, soep en fruitsla maken, …
Het hele proces wordt zichtbaar. Het kind wil helpen, ontdekken en doen en van hieruit goede gewoonten ontwikkelen.
Huishoudelijk werk kent het kind al van thuis uit. Zo is de brug naar school toe kleiner. Het is een bron waar een kind veel uit kan leren.